Ja, maar

Je kent ze vast. Mensen die het moeilijk hebben en op geen enkele manier uit dat ‘moeilijk hebben’ kunnen komen. Elke geruststelling, elke nieuwe richting of ander perspectief dat je aandraagt beantwoorden ze met:

“Ja, maar…”

Als je iemand bent die graag helpt zijn deze reacties om helemaal gek van te worden. Je komt gewoon niet door de sterke laag van verzet heen. Het lijkt wel alsof deze mensen het fijn vinden om zich zorgen te maken.

En dat is ook zo.

Nou ja, fijn is niet het juiste woord. Veilig. Dat is het juiste woord. Het zenuwstelsel van mensen met ontwikkelingstrauma is ingericht op onveiligheid. Dat komt omdat er in hun kindertijd, toen hun zenuwstelsel zich ontwikkelde, ook daadwerkelijk gevaar was.

Wie dat niet goed verwerkt heeft voelt dat gevaar tot op de dag van vandaag.

Wat gek lijkt, is eigenlijk heel slim. Want wie laat zich nou geruststellen als je zeker weet dat er gevaar op de loer ligt? Jij, ik, wij allemaal kunnen zien dat er echt niets aan de hand is, maar als het van lijf van zo iemand moord en brand schreeuwt trek je altijd aan het kortste eind.

Wat helpt wel?

Het fijnste in dit soort situaties is erkennen dat je ziet dat iemand bang is en daar de ruimte voor maken. Het gaat niet om de inhoud, maar om de angst zelf. En als die gewoon even gevoeld mag worden in jouw aanwezigheid wordt het vanzelf een beetje veiliger.